112MELDINGEN.NL | AFKORTINGEN & TERMEN (2024)

A

A1 = Ambulance Melding Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie)
A2 = Ambulance Melding Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie)
AAA = Aneurysma Aorta Abdomen, verwijding van grote slagader in de buik (ambulance)
AAAA = Acute Aneurysma Aorta Abdomen, acuut onstane verwijding van grote slagader in de buik (ambulance)
AANGEZICHTSLETSEL = Letsel aan gezicht (ambulance)
AANR = Aanrijding
AANR BEKNELLING = Aanrijding waarbij 1 of meerdere personen bekneld zitten
AANR DOORRIJDEN = Aanrijding waarbij veroorzaker is doorgereden
AANR EENZIJDIG = Aanrijding waarbij 1 voertuig is betrokken
AANR LETSEL = Aanrijding met lichaamlijk en/of geestelijk letsel
AANR MATERIEEL = Aanrijding met materiële schade (blikschade)
AB = Adembeschermingsvoertuig (brandweer)
ABC STABIEL = Ademhaling, Bewustzijn & Circulatie stabiel (ambulance)
ABDOMINAAL ANEURYSMA = Slagaderbreuk (uitstulping) in de buik of buikholte (ambulance)
ABORTUS = Miskraam (ambulance)
ABORTUS PROVOCATUS = Een opgewekte miskraam (ambulance)
AC = Alarm Centrale
ACIDOSE = Zuurstofvergiftiging (te hoge zuurgraad in het bloed) (ambulance)
ACS = Belangrijkste symptoom progressieve of acute pijn of beklemmend gevoel op de borst. (ambulance)
ACUTE BUIK = Buikaandoening met een mogelijke (levensbedreigende) onsteking (ambulance)
ACUTE DECOMPENSATIE = Dringende onvoldoende werking van de hartspier, hartfalen (ambulance)
ACUTE DIALYSE = Dringende nierbehandeling (ambulance)
ACUUT HARTFALEN = Het hart heeft onvoldoende capaciteit (ambulance)
ADENOMYOSE = Weefsel van het baarmoederslijmvlies in de baarmoederspier of in een eileider (ambulance)
AE = Aanhoudingseenheid (Mobiele Eenheid)
AED = Automatische Externe Defibrilator (ambulance)
AFD = Afdeling
AL = Autoladder (brandweer)
AL = Automatisch Brandalarm (brandweer)
ALGEHELE MALAISE = Gevoel van onwelzijn (ambulance)
ALLERGISCHE REACTIE = Abnormale reactie van afweersysteem op stoffen van buiten het lichaam (ambulance)
AM = Ambulance
AMON = Ambulance Motor Ondersteuning
AMPUTATIE = Het afzetten van een deel van het menselijk lichaam (ambulance)
ANAAL BLOEDVERLIES = Bloedverlies vanuit de anus (ambulance)
ANAFYLACTISCHE SHOCK = Een acute en levensbedreigende allergische reactie (ambulance)
ANESTHESIOLOOG = Dokter die verdovingen toedient bij operatieve ingrepen (ambulance)
ANEURYSMA = Een slagaderbreuk (ambulance)
ANGINA PECTORIS = Zuurstof tekort van het hartweefsel (pijn op de borst) (ambulance)
ANGINA PECTORIS KLACHTEN = Zuurstof tekort van het hartweefsel (pijn op de borst) (ambulance)
ANGIO = Vaatonderzoek (ambulance)
ANGIOGRAM = Röntgenfoto van een vat (ambulance)
ANH = Ambulance Noord-Holland Noord(ambulance)
ANOREXIA NERVOSA = Magerzucht (eetstoornis) (ambulance)
AOV = Ambtenaar Orde & Veiligheid (brandweer)
AP = Angina Pectoris, zuurstof tekort van het hartweefsel (ambulance)
APPENDICITIS = Blindedarm ontsteking (ambulance)
AS = Autospuit (brandweer)
ASS = Assistentie
ASS REA = Assistentie reanimatie (ambulance)
ASTMA BRONCHIALE = Chronische ziekte met ernstige aanvallen van benauwdheid (ambulance)
ASTMA CARDIALE = Longen vol vocht vanwege hartfalen (ambulance)
ASTMATICUS = Een abnormaal lang durende astma aanval (ambulance)
ATRIH = Atrium Medisch Centrum Heerlen (ambulance)
ATRIB = Atrium Medisch Centrum Brunssum (ambulance)
ATRIUMFIBRILLATIE = Bij deze ritmestoornis is het boezemritme geheel chaotisch (ambulance)
ATRIUM FIBRILLEREN = Hartritmestoorissen, > 400 slagen per minuut (ambulance)
AVP = Aanvalsplan (brandweer)
AZC = AsielZoekersCentrum
AZM = Academisch Ziekenhuis Maastricht (ambulance)
AZS = Antonius Ziekenhuis Sneek (ambulance)

B

B = Besteld Vervoer (ambulance)
B-VERVOER = Besteld Vervoer (ambulance)
BABYLANCE = Ambulance met couveuse voor zeer jonge kinderen (ambulance)
BBK = Bereikbaarheidskaart (brandweer)
BE = Bergingsvoertuig (brandweer)
BG = Blusgroep (brandweer)
BGM = Burgemeester
BHV = Bedrijfshulpverlener
BIN = Binnenbrand (brandweer)
BLAASRETENTIE = Problemen bij het urineren (ambulance)
BLOEDTRANSFUSIE = Overbrengen van bloed uit het ene mens in ander mens (ambulance)
BM = Bijzonder Materieel (brandweer)
BOEZEM FIBRILLEREN = Samentrekking van afzonderlijke spiervezels in de boezem (ambulance)
BOELIMIA NERVOSA = Braken na vreetbuien (eetstoornis) (ambulance)
BOT = BedrijfsOpvangTeam (brandweer)
BR = Brandmelding (brandweer)
BR 1 = Brandmelding Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie) (brandweer)
BR 2 = Brandmelding Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie) (brandweer)
BR 3 = Brandmelding Prioriteit 3; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Lage Urgentie) (brandweer)
BRADYCARIE = Hartritmestoornissen, < 60 slagen per minuut (ambulance)
BRONCHITIS = Aandoening van de longen, ontsteking en irritatie van longweefsel (ambulance)
BRONCHO PNEUMONIE = Longontsteking (die uitgaat van de luchtpijptakken) (ambulance)
BRV = Brandbestrijdingsvaartuig (brandweer)
BRW = Brandweer
BST = Benzinestation
BUI = Buitenbrand (brandweer)
BV = Bevelvoerder (brandweer)
BV = Behandel Verbod (ambulance)
BVD = Bevelvoerder van Dienst (brandweer)
BYPASS = Hierbij worden operatief de kransslagaders van het hart omgeleid (ambulance)

C

C2000 = Communicatie 2000
CA = Carcinoom (kwaadaardig gezwel) (ambulance)
CA MET METAS = Carcinoom (kwaadaardig gezwel) met een overgang of verandering (ambulance)
CABG = Coronary Artery Bypass Grafting, omleiding tbv verstopping kransslagader (ambulance)
CAG = Coronaire Angio Grafie, soort rontgenfoto van bloedvaten (ambulance)
CARA = Chronische Aspecifieke Respiratoire Aandoeningen, verzamelnaam voor longziekten (ambulance)
CARCINOOM = Kwaadaardig gezwel (ambulance)
CARD = Cardiologie (ambulance)
CARDIAAL = Met betrekking tot het hart (ambulance)
CARDIALE = Met betrekking tot het hart (ambulance)
CARDIALE KLACHTEN = Met betrekking tot het hart (ambulance)
CARDIALE SHOCK = Teken dat het hart niet meer goed functioneert (ambulance)
CARDIOCHIRURGIE = Hartoperatie (ambulance)
CARDIOLOGIE = Afdeling voor hartziekten (ambulance)
CCU = Cardiac Care Unit (Hartbewaking) (ambulance)
CD = Commandant van Dienst (brandweer)
CEH = Centrum Eerste Hulp (ambulance)
CEREBRO VASCULAIR ACCIDENT = Beroerte (hersenbloeding / herseninfarct) (ambulance)
CHEMOKUUR = Geneesmiddel om tumorcellen te doden (ambulance)
CHIR = Chirurgie (ambulance)
CHIR/ORTHO = Operaties en/of behandeling aan beenderen en gewrichten (ambulance)
CHIRURGIE = Heelkunde (ambulance)
CIN = Centraal Incidenten Nummer (brandweer)
CIN in combinatie met:

  • B = Brand of Explosie
  • G1 = Gevaar: Verspreiding van stoffen (gas, vloeistofnevel, vaste deeltjes) door de lucht
  • G2 = Gevaar: Verspreiding van stoffen over het oppervlak (land, oppervlaktewater)
  • G3 = Gevaar: Overige (potentieel) gevaarlijke gevolgen (stormschade, dreigend omvallen schoorsteen)
  • Z1 = Zonder gevaar: Verspreiding van stoffen door de lucht
  • Z2 = Zonder gevaar: Lekkage van vloeistof op of in het oppervlaktewater
  • Z3 = Zonder gevaar: Lekkage van stof op het land
  • Z4 = Zonder gevaar: Overige overlastgevende situatie (sirene)

COBA = Coördinatie Ongevallen Bestrijding Autosnelwegen, gevolg door een nummer; hoe hoger het nummer des te ernstiger de situatie (4 = max. 3 voertuigen, 9 = kettingbotsing / grote voertuigen) (brandweer)
COLLAPS = Flauwvallen door te lage bloeddruk (ambulance)
COLLAPS ECI = Flauwvallen door te lage bloeddruk door onbekende oorzaak (ambulance)
COLLUM # = Fractuur en/of breuk aan de dijbeenhals (ambulance)
COLLUM FR = Fractuur en/of breuk aan de dijbeenhals (ambulance)
COLLUM FRACTUUR = Fractuur en/of breuk aan de dijbeenhals (ambulance)
COMA = Bewusteloosheid door uitvallen (deel) hersenen (ambulance)
COMA / DECOMP CORD = Bewusteloosheid door uitvallen (deel) hersenen / hartfalen (ambulance)
COMATEUS = Bewusteloosheid door een coma (ambulance)
COMMOTIO CEREBRI = Een hersenschudding (ambulance)
CONCUSSIO CEREBRI = Hersenkneuzing (verstoorde hersenwerking) (ambulance)
COPD = Chronic Obstructive Pulmonary Disease (Longen bijv. Bronchitis, Longemfyseem, etc.) (ambulance)
COPI = Commando Plaats Incident (brandweer)
CORT = Commando Rampterrein (brandweer)
COXARTROSE = Heupslijtage (ambulance)
CPA = Centrale Post Ambulance
CT = Computer Tomografie Scan, een 3D foto van (een deel) lichaam (ambulance)
CT = Crashtender (brandweer)
CT SCAN = Computer Tomografie Scan, een 3D foto van (een deel) lichaam (ambulance)
CTPI = Coördinatieteam Plaats Incident (brandweer)
CVA = Cerebro Vasculair Accident (Hersenbloeding etc.) (ambulance)
CVA BEELD = Alles wijst op een Cerebro Vasculair Accident (Hersenbloeding etc.) (ambulance)
CVA COMA = Cerebro Vasculair Accident (Hersenbloeding etc.) in bewusteloosheid (ambulance)
CVA PROTOCOL = Werkwijze die gehanteerd moet worden bij een Cerebro Vasculair Accident (Hersenbloeding etc.) (ambulance)
CVA < 3 UUR = Hersenbloeding etc. korter dan 3 uur geleden, kans genezing groter (ambulance)
CVA > 3 UUR = Hersenbloeding etc. langer dan 3 uur geleden, kans genezing kleiner (ambulance)
CVA / TIA = Cerebro Vasculair Accident (herseninfarct) / Transient Ischemic Attack (voorbijgaande beroerte) (ambulance)
CVD = Commandant van Dienst (brandweer)
CYANOSE = Te laag zuurstofgehalte in het bloed (ambulance)

D

DA = Dienstauto (brandweer)
DAGBEHANDELING = Behandeling die maar 1 dag duurt (ambulance)
DARM CA = Darm Carcinoom (ambulance)
DARMCARCINOOM = Darmkanker (ambulance)
DB = Dienstbus (brandweer)
DDPL = Dienstdoende Ploeg (brandweer)
DEC CORDIS = Hartfalen (ambulance)
DEC CORDIS / POB = Hartfalen / Pijn Op Borst (ambulance)
DECO = Decontaminatiebak (haakarmbak t.b.v. ontsmetten van personen) (brandweer)
DECOMP CORDIS = Hartfalen (ambulance)
DECOMPENSATIO CORDIS = Hartfalen (ambulance)
DEHYDRATIE = Uitdrogingsverschijnselen (ambulance)
DERMATOLOGIE = Afdeling voor huidziekten (ambulance)
DIABEET = Suikerziekte (ambulance)
DIABETES = Suikerziekte (ambulance)
DIABETES MELLITUS = Aandoening waarbij de hoeveelheid glucose in het bloed (bloedsuiker) te hoog is (ambulance)
DIALYSE = (Kunst) Nier behandeling (ambulance)
DIVERTICULITUS = Ontstoken uitstulpingen in de darmen (ambulance)
DOTTERPROCEDURE = Procedure die men moet volgen bij het dotteren van bloedvaten (ambulance)
DOVD = Districtelijke Officier van Dienst (brandweer)
DP = Dependance (AMBULANCE HAAGLANDEN)
DP in combinatie met:

  • 1 = Post Centrum
  • 2 = Post Mariahoeve
  • 3 = Post Wassenaar
  • 5 = Post Westland

DND = Dokternachtdienst (brandweer)
DV = Dienstverlening (brandweer)
DWARSLAESIE = Een beschadeging van het ruggenmerg (ambulance)
DYSNPOE = Verstoorde ademhaling (ambulance)
DYSPNEU = Kortademigheid (ambulance)

E

ECI = E Causa Ignota, door onbekende oorzaak (ambulance)
ECG = Elektro Cardio Gram, hartfilm (ambulance)
ECHOGRAFIE = Onderzoek met geluidsgolven, echo (ambulance)
EEG = Electro Encefalo Grafie, Elektro Encephalo Gram (ambulance)
EFO = Elektro Fysiologisch Onderzoek, hartritmestoornis (ambulance)
EHBO / SEH = Eerste Hulp Bij Ongelukken / Spoed Eisende Hulp (ambulance)
EMPHYSEEM = Vernietiging van de wanden van de distale longdelen naast de zieke terminale bronchiën. (ambulance)
ENCEPHALITUS = Ontsteking van hersenweefsel (ambulance)
ENDOMETRIOSE = Baarmoederslijmvlies dat voorkomt op een andere plaats dan in de baarmoeder (ambulance)
ENDOMETRIUM = Baarmoederslijmvlies (ambulance)
ENDOPROTHESE = In het lichaam verborgen prothese (ambulance)
ENDOSCOPIE = Kijkonderzoek van lichaamsholten of inwendige kanalen (ambulance)
EPI INS = Epileptisch Insult, Verlies bewustzijn en verkramping van lichaam door oncontroleerbare prikkeling hersencellen (ambulance)
EPIDURAAL HEMATOOM = Bloeduitstorting tussen het schedeldak & het harde hersenvlies (ambulance)
EPILEPSIE = Vallende ziekte (toevallen) (ambulance)
EPILEPTISCH INSULT = Verlies bewustzijn en verkramping van lichaam door oncontroleerbare prikkeling hersencellen (ambulance)
EPISTAXIS = Neusbloeding (ambulance)
ERCP = Endoscopische Retrograde Cholangio Pancreatografie, Ronten-onderzoek van gal- en pancreasgang (ambulance)
EXACERBATIE COPD = Verergering van de COPD (ambulance)

F

FEMUR = Het dijbeen (ambulance)
FEMUR FRACTUUR = Botbreuk in het dijbeen (ambulance)
FLUXUS = Ernstige bloeding (ambulance)
FLUXUX NA PARTUS = (Ernstige) Bloeding direct na de bevalling (ambulance)
FOETALE NOOD = Moeilijkheden met bevalling (ambulance)
FRACTUUR = Botbreuk (ambulance)

G

GASTROENTERITIS = Acute diarree (ambulance)
GASTRO-ENTERITIS = Acute ontsteking van het maag-darmkanaal (ambulance)
GBT = Gemeentelijk BeleidsTeam (brandweer)
GERIATRIE = Ouderen, bejaardenzorg (ambulance)
GESUCC = Gesuccombeerd, slachtoffer is reeds overleden (ambulance)
GEW M LETSEL = Geweld met letsel (ambulance)
GEZONDHEID = Probleem met de gezondheid (ambulance)
GG = GespreksGroep (ambulance)
GGD = Gemeentelijke Gezondheidsdienst
GGZ = Gemeentelijke Gezondheidszorg
GHOR = Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen
GM = Gereedschap/materieel-voertuig (brandweer)
GMS = Geïntegreerd Meldkamer Systeem
GRIP = Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure; zie GRIP Niveau's voor verdere uitleg
GS = Gevaarlijke Stoffen (brandweer)
GYN = Gynecologie (ambulance)
GYN/OBSTR = Obstructie bij bevalling (ambulance)
GYNEALOGIE = Met betrekking tot vrouwenziekten (ambulance)

H

HA = Huis-Arts (ambulance)
HA = Haakarmvoertuig (brandweer)
HA - TP = Huis-Arts is ter plaatse (ambulance)
HAEMATOLOGIE = Verschillende soorten kanker (met name bloedkanker) (ambulance)
HAEMATOMEN = Blauwe plekken (die ontstaan doordat onderhuidse bloedvaatjes worden aangeprikt) (ambulance)
HAEMOPTOE = Ophoesten van helderrood bloed vanuit de slokdarm, maag of luchtpijp (ambulance)
HAP = Huisartsenpost (ambulance)
HART CATH = Hart Catheterisatie (ambulance)
HARTFALEN = Onvoldoende werking van de hartspier (ambulance)
HC = Hart Catheterisatie (ambulance)
HCTPL = Hectometerpaal
HEMIPARESE = Halfzijdige verlamming (ambulance)
HEUPFRACTUUR = Breuk in de heup (ambulance)
HEUPLUXATIE = Heup ontwrichting (heup uit de kom) (ambulance)
HET = Hoog Energetisch Trauma, o.a. ongeval met hoge snelheid, val van hoogte etc. (ambulance)
HMP = Hectometerpaal
HNP = Hernia Nuclei Pulposi, uitstulping van de tussenwervelschijf (ambulance)
HOSPICE = Verzorgingstehuis voor ernstig zieke bejaarden (ambulance)
HOVD = Hoofd Officier van Dienst (brandweer)
HS = Hoofd Sectie
HV = Hulpverlening (brandweer)
HV 1 = Hulpverlening Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie) (brandweer)
HV 2 = Hulpverlening Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie) (brandweer)
HV 3 = Hulpverlening Prioriteit 3; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Lage Urgentie) (brandweer)
HV 5 = Proefalarmering (brandweer)
HW = Hoogwerker (brandweer)
HYDROCEPHALUS = Aandoening waarbij ter hoogte van de hersenen te veel hersenvocht aanwezig is (Waterhoofd) (ambulance)
HYPER = Suikerpatiënt met teveel aan suiker (ambulance)
HYPERVENTILATIE = Angstige ademhaling (ambulance)
HYPO = Suikerpatiënt met tekort aan suiker (ambulance)
HYPOGLYCEMISCH COMA = Krampaanvallen, verlammingsverschijnselen en uiteindelijk coma door een tekort aan suiker in het bloed (ambulance)
HYPOTENSIEF = Met bloedruk verlagende werking (ambulance)
HYSTERECTOMIE = Verwijderen van de baarmoeder (ambulance)

I

IAP = Instabiele Angina Pectoris (ambulance)
IBS = In Bewaring Stelling, psychiatrische mensen die een bedreiging voor zichzelf of anderen zijn (ambulance)
IC = Intensive Care (ambulance)
ICU = Intensive Care Unit (ambulance)
ILEUS = Beknelling of verstopping van de darmen (ambulance)
IN PARTU = In baring (bevalling) (ambulance)
INCI = Incidentgroep (ambulance)
INFARCT = Bloedtekort (geen zuurstof) in weefsel (met name hart) (ambulance)
INHALATIE-TRAUMA = Het ontstaan van letsels van de longen & luchtwegen ten gevolgen van het inademen van hete of prikkelende gassen of dampen (ambulance)
INSTAB = Instabiel (ambulance)
INSTAB AP = Dreigend Angina Pectoris, dreigend zuurstof tekort van het hartweefsel (ambulance)
INSTABIELE AP = Dreigend Angina Pectoris, dreigend zuurstof tekort van het hartweefsel (ambulance)
INTERNE = Inwendige geneeskunde (ambulance)
INTOXICATIE = Vergiftiging (door bijv. medicijnen, alcohol etc.) (ambulance)

K

KLPD = Korps Landelijke Politie Diensten
KMAR = Koninklijke Marechaussee
KNO = Keel, Neus & Oren (ambulance)
KNRM = Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij
KOORTS = Verhoging van de normale lichaamstemperatuur (ambulance)
KOORTS ECI = Verhoging van de normale lichaamstemperatuur door onbekende oorzaak (ambulance)
KOORTSCONVULSIES = Koortsstuipen, heftige spiertrekkingen als gevolg van snel oplopende temperatuur (kinderen) (ambulance)
KOORTSSTUIPEN = Koortsstuipen, heftige spiertrekkingen als gevolg van snel oplopende temperatuur (kinderen) (ambulance)
KP = Knooppunt
KR = Kraanwagen (brandweer)

L

L = Links (toevoeging bij auto(snel)weg)
LEUKEMIE = Bloedkanker (ambulance)
LMAZ = Landelijke Meldkamer Ambulance Zorg
LMPO = Leider MeetPlanOrganisatie (brandweer)
LONG CA = Longcarcinoom, longkanker (ambulance)
LONGCARCINOOM = Longkanker (ambulance)
LONGEMBOLIE = Een verstopping van een bloedvat door een bloedprop (ambulance)
LONGEMFYSEEM = Een chronische ziekte waarbij steeds meer longblaasjes verloren gaan (ambulance)
LUCHTWEGINFECTIE = Besmetting met ziektekiemen in de luchtwegen (ambulance)
LUMBAAL = Met betrekking tot de lende (het lage deel van de wervelkolom) (ambulance)
LUXATIE = Ontwrichting / Uit de kom (ambulance)

M

MAAGPERFORATIE = Doorboring in de maag (ambulance)
MALAISE = Gevoel van onwelzijn (ambulance)
MASI = Maasland Ziekenhuis Sittard (ambulance)
MC = Melding Classificatie (brandweer)
MCL = Medisch Centrum Leeuwarden (ambulance)
MCU = Medium Care Unit (ambulance)
MDL = Maag, Darm & Lever (ambulance)
ME = Myalgische Encefalomyelitis (vermoeidheids syndroom) (ambulance)
MECONIUMHOUDEND = Ontlasting in het vruchtwater, baby heeft volle darmen of is benauwd geweest (ambulance)
MED NOODSITUATIE = Medische noodsituatie (ambulance)
MENINGITIS = Hersenvliesontsteking (ambulance)
MK = MeldKamer
MMT = Mobiel Medisch Team (ambulance)
MRI = Magnetic Resonance Imaging, magneetscan (ambulance)
MS = Motorspuit (brandweer)
MS = Multiple Sclerose, ziekte van het zenuwstelsel, hersenen en ruggenmerg (MS) (ambulance)
MULTIPLE SCLEROSE = Ziekte van het zenuwstelsel, hersenen en ruggenmerg (MS) (ambulance)
MYOCARD INFARCT = Hartinfarct (ambulance)
MYOOM = Vleesboom (gezwel in de baarmoeder) (ambulance)

N

NEFROLOGIE = Met betrekking tot nierziekten (ambulance)
NEONATOLOGIE = Kindergeneeskunde (ambulance)
NEUROLOGIE = Afdeling voor aandoeningen aan het zenuwstelsel (ambulance)
NEUROLOGISCH BEELD = Alles wijst op een aandoeningen aan het zenuwstelsel (ambulance)
NEUROGENE SHOCK = Shock die ontstaat door een plotselinge verwijdering van het bloedvatenstelsel (ambulance)
NIERSTEENKOLIEK = Verkalking in het nierbekken, pijnaanval hevig krampende pijn (ambulance)
NIET VORD UITDR = Niet Vorderende Uitdrijving (ambulance)
NMC = Network Management Centre (Nationaal Monitor Systeem)
NR = Niet Reanimeren (ambulance)
NUCL = Nucleaire (ambulance)
NUCL GENEESK = Nucleaire Geneeskunde (toepassing van radioactieve stoffen voor diagnostiek & behandeling van ziekten) (ambulance)
NVB = Niet Vorderende Baring (ambulance)
NVU = Niet Vorderende Uitdrijving (ambulance)

O

OBSTR = Obstructie, vaak in combinatie met GYN, problemen met bevalling (ambulance)
OEDEEM = Vochtuittreding (ambulance)
OESOPHAGUS = Slokdarm (ambulance)
OGS = Ongeval Gevaarlijke Stoffen (brandweer)
OK = Operatie Kamer (ambulance)
OBMS = Openbaar Meldsysteem (Automatische Melding) (brandweer)
OMS = Openbaar Meldsysteem (Automatische Melding) (brandweer)
OBMS of OMS in combinatie met:

  • A = Automatische Melding ingekomen door een Melder (algemene term)
  • A1 = Automatische Melding ingekomen door een Handmelder (of Sprinkler)
  • A2 = Automatische Melding ingekomen door een Automatische Melder (of Sprinkler)
  • A3 = Automatische Melding ingekomen door een Vertraagde Melder (Rook-, Ammoniak-, Gasdetectie etc.)
  • SO = Automatische Melding ingekomen door een Storing van Brandmeldcentrale
  • LO = Automatische Melding ingekomen door een Lijn Onderbreking

ONCO = Oncologie, afdeling voor kanker (ambulance)
ONCOLOGIE = Afdeling voor kanker (ambulance)
ONTSL = Ontslag van ziekenhuis / verpleegtehuis (ambulance)
OPN = Opname ziekenhuis / verpleegtehuis (ambulance)
OPN CCU = Opname op de Cardiac Care Unit (bewakingsafdeling voor acute hartpatienten, hartbewaking) (ambulance)
ORTHO = Orthopedie, afdeling voor beweging (armen. benen, gewrichten etc.) (ambulance)
ORTHOPNEU = Kortademigheid (ambulance)
ORTHOPEDIE = Afdeling voor beweging (armen. benen, gewrichten etc.) (ambulance)
ORTHOREXIA NERVOSA = Ziekelijke fixatie op gezond eten (eetstoornis) (ambulance)
OSP = OnderSteuningsPeloton (brandweer)
OT = Operationeel Team (brandweer)
OVD = Officier van Dienst (brandweer)
OVD-G = Officier van Dienst - Geneeskunde (ambulance)
OZ = Oosterschelde Ziekenhuis Goes (ambulance)

P

P 1 = Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie) (brandweer)
P 2 = Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie) (brandweer)
P2000 = Pagers, Paging 2000 (Alarmeringsonderdeel van C2000)
PAC = Particuliere Alarm Centrale (Automatische Melding) (brandweer)
PANCREATITIS = Ontsteking van de alvleesklier (ambulance)
PAR = Parallel (Rijbaan)
PARTUS = Baring, bevalling (ambulance)
PAT = Patiënt (ambulance)
PB = Poederblusvoertuig (brandweer)
PEDIATRIE = Afdeling voor kindergeneeskunde (ambulance)
PEP = Pre hospital ECG Project, Huisarts vraag ambulance om ECG te maken ter controle van zijn diagnose (ambulance)
PERFORATIE = Doorboring en/of doorbraak van de wanden van organen of gezwellen (ambulance)
PERITONITIS = Buikvliesontsteking (ambulance)
PKP = Parkeerplaats
PLACENTA = Moederkoek (ambulance)
PM = Personeels- Materieelvoertuig (brandweer)
PNEUMONIE = Longontsteking (ambulance)
PNEUMOTHORAX = Spontane klaplong (ambulance)
PLACENTA = Moederkoek (ambulance)
POB = Pijn Op de Borst (ambulance)
PODB = Pijn Op De Borst (ambulance)
POGING SUICIDE = Poging tot het plegen van zelfmoord (ambulance)
POLI = Polikliniek (ambulance)
PR 1 = Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie) (brandweer)
PR 2 = Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie) (brandweer)
PRIO 1 = Prioriteit 1; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Hoge Urgentie) (brandweer)
PRIO 2 = Prioriteit 2; zie Prioriteiten voor verdere uitleg (Normale Urgentie) (brandweer)
PROTHESE = Kunstmatige vervanging of correctie van een lichaamsdeel, orgaan, of onderdeel van een orgaan (ambulance)
PSYCHIATRIE = Afdeling voor geestelijke stoornissen (ambulance)
PSYCHOSE = Verwardheid (dat kan zich uiten in wanen & of hallucinaties) (ambulance)
PTCA = Percutane Transluminale Coronaire Angioplastiek, dotteren van bloedvaten (ambulance)
PULMONOLOGIE = Aandoeningen van de longen en luchtwegen (ambulance)
PYELONEPHRITIS = Ontsteking van nieren en nierbekken (ambulance)

R

R = Rechts (toevoeging bij auto(snel)weg)
RADIOTHERAPIE = Bestraling van kanker (ambulance)
RB = Reddingsboot (KNRM)
RBT = Regionaal BeleidsTeam (brandweer)
RCVD = Regionaal Commandant van Dienst (brandweer)
REANIMATIE = Adem- en circulatiestilstand proberen weer op gang te brengen (ambulance)
RGF = Regionaal Geneeskundig Functionaris (ambulance)
RIF = Radiologisch Instituut Friesland (ambulance)
RM = Rechtelijke Machtiging, psychiatrische mensen die een bedreiging voor zichzelf of anderen zijn (ambulance)
RMC = Regionaal Meldcentrum Politie
ROGS = Regionaal Officier Gevaarlijke Stoffen (brandweer)
ROT = Regionaal Operationeel Team (brandweer)
RUPTUUR = Scheur (ambulance)
RV = Reddingsvoeruig (brandweer)

S

SAB = Sub Arachnoïde Bloeding, bloeding aan de onderzijde van de hersenen (ambulance)
SB = Schuimblusvoertuig (brandweer)
SCHEDELBASISFRACTUUR = Dat de vliezen bij de neusholte of bij het oor gescheurd kunnen zijn (ambulance)
SEH = Spoed Eisende Hulp (ambulance)
SEH CARDIO = Spoed Eisende Hulp Cardiologie (ambulance)
SEH CHIR = Spoed Eisende Hulp Chirurgie (ambulance)
SEH INTERNE = Spoed Eisende Hulp Interne Geneeskunde (ambulance)
SEH LONG = Spoed Eisende Hulp Longziekten (ambulance)
SEH NEURO = Spoed Eisende Hulp Neurologie (ambulance)
SEH ORTHO = Spoed Eisende Hulp Orthopedie (ambulance)
SEH PULM = Spoed Eisende Hulp Pulmonogie (ambulance)
SEH / CEH = Spoed Eisende Hulp / Centrum Eerste Hulp (ambulance)
SEPSIS = Toename van bacteriën in bloed gevolgd door een shock (ambulance)
SEPTISCHE SHOCK = Toename van bacteriën in bloed gevolgd door een shock (ambulance)
SHOCK = Tekort aan circulerend bloedvolume (ambulance)
SL = Slangenvoertuig (brandweer)
SLOPA = Slangen Opneem Apparaat (brandweer)
SO = Slachtoffer
SOLUTIO PLACENTAE = Bloedverlies dat ontstaat doordat de placenta geheel of gedeeltelijk is losgelaten (ambulance)
SOMATIEK = Lichamelijke ziekten of aandoeningen (ambulance)
STATUS EPILEPTICUS = Ernstige toestand waarbij de patiënt aanhoudend epileptische aanvallen heeft zonder daar tussendoor uit te ontwaken (ambulance)
STOMA = Kunstmatige uitgang voor ontlasting & urine (ambulance)
SUB ARACH BLOEDING = Sub Arachnoïde Bloeding, bloeding aan de onderzijde van de hersenen (ambulance)
SUBDURAAL HEMATOOM = Een bloeding tussen het spinnenwebvlies en harde hersenvlies (ambulance)
SUICIDAAL = In staat tot zelfmoord (zelfmoord neigingen) (ambulance)
SUICIDE POGING = Zelfmoord poging (ambulance)
SUPRA PUBIS CATHETER = Assisteren bij het inbrengen van een blaascatheter (ambulance)

T

TACHYCARDIE = Hartritmestoornissen, > 100 slagen per minuut (ambulance)
TENTAMEN SUICIDE = Poging Zelfmoord (ambulance)
TERMINAAL = In het eindstadium van het leven (ambulance)
THORACAAL WERVEL = Wervel in de borstkast (ambulance)
THORAX = Borstholte (waarin de slokdarm, hart en longen zich bevinden) (ambulance)
TIA = Transient Ischemic Attack, voorbijgaande beroerte (ambulance)
TP = Ter Plaatse
TRAC DIGES BLOEDING = Bloeding in het spijsverteringskanaal (ambulance)
TRACTUS DIGESTIVUS = Spijsverteringskanaal (ambulance)
TRAUMATISCH SHOCK = Shock die ontstaat na uitgebreide weefsel beschadigingen (ambulance)
TRANSIENT ISCHEMIC ATTACK = Voorbijgaande beroerte (TIA) (ambulance)
TROLLEY = Brancard met volwaardige intensieve care apparatuur (ambulance)
TROMBOLYSE = Oplossen van stolsel in een bloedvat in de hersenen (ambulance)
TROMBOSE = Vorming van stolsel in een bloedvat (ambulance)
TS (bij ambulance) = Tentamen Suicide (Poging Zelfmoord) (ambulance)
TS (bij brandweer) = Tankautospuit (brandweer)
TW = Tankwagen (brandweer)

U

UMCG = Universitair Medisch Centrum Groningen (ambulance)
UROLOGIE = Afdeling voor urinestelsel-ziekten (ambulance)
UROSEPSIS = Het gevolg van een infectie met een micro organisme, uitgaande van de urinewegen met uitbreiding naar de bloedbaan (ambulance)
UTERUS = Baarmoeder (ambulance)
UTERUSEXTIRPATIE = Verwijdering van de baarmoeder (ambulance)
UZA = Academisch Ziekenhuis Antwerpen (ambulance)

V

VB = Verbindingsdienst (brandweer)
VBW = Verbindingsweg
VC = Verbindings- Commandovoertuig (brandweer)
VERK ONGEV BEKNEL = Verkeersongeval met beknelling
VERMINDERD BWZ = Verminderd bewustzijn (ambulance)
VKO = Verkeersongeval
VOS = Vliegtuig Ongeval Schiphol; zie Luchtvaart Scenario's
VP = Verkeersplein
VPK = Verpleegkundige
VSR = Voorwaarde Scheppende Rit (ambulance)
VW = Vrachtwagen (brandweer)
VWS = Voorwaardescheppend (Centraal Opstellen) (ambulance)

W

WACHTARTS = Arts van de Gemeentelijke Geneeskundige Dienst (ambulance)
WO = Water Ongevallen (brandweer)
WVD = Waarschuwings- en Verkenningsdienst (brandweer)

Z

ZH = Ziekenhuis (ambulance)
ZHS = Ziekenhuis (ambulance)
ZKH = Ziekenhuis (ambulance)
ZKHS = Ziekenhuis (ambulance)

0-9 #

# = Fractuur (ambulance)
111 = Aanrijding met letsel (politie)
114 = Auto te water (politie)
121 = Aanrijding (politie)
131 = Overtreding tegen openbare orde (politie)
304 = Inbraak (politie)
401 = Overval (politie)
402 = Beroving (politie)
411 = Agressie / Openlijk geweld (politie)
414 = Steekpartij / Mishandeling (politie)
417 = Overlijden (politie)
419 = Schietpartij (politie)
501 = Wandelaar onder invloed (politie)
541 = Kleine brand binnen(politie)
546 = Gaslucht / -lek (politie)
559 = Ontsnapping uit gevangenis (politie)
590B = Zelfdoding of poging daartoe (politie)
591 = Overige openbare orde (politie)
601 = Onwelwording (politie)
603 = Bedrijfsongeval (politie)
606 = Poging zelfmoord (politie)
608 = Drenkeling (politie)
613 = Moeilijkheden binnen (politie)
635 = Iemand in verwarde toestand (politie)
691 = Overige dienstverlening (politie)
713 = Assistentie hulpverleners (politie)
812 = Stormschade (politie)
891 = Overige opsporingsactiviteiten (politie)

Algemeen

Als een hulpdient moet uitrukken krijgen zij voor elke uitruk een prioriteit aangewezen afgekort prio 1, HV2, A1, A2 etc. In de prioriteitenschaal is wettelijk vastgelegd wat de bevoegdheden van de hulpdiensten op dat moment zijn. Waarneer er met optische en akkoustische signalen gereden mag worden, welke verboden zij mogen negeren en welke bevoegdheden zij hebben staat allemaal vast. Door een priostatus mee te geven weten zij meteen met welke regels en bevoegdheden zij te maken hebben.

De afkortingen prio, pr, A1, A2 etc. betekenen niets anders dan prioriteit. Maar wat is het verschil tussen een prio 1 en een prio 2? Wanneer mag de brandweer wel met optische licht- en akkoustische signalen rijden en waarneer niet?

Prioriteit 1

Een prioriteit 1 is een uitruk waarvan de centralist(e) op de alarmcentrale vindt dat er sprake is van een dringende taak. Onder een dringende taak wordt verstaan, 'een taak ter voorkoming of beëindiging van een voor de mens levensbedreigende situatie of van een situatie waarin ernstige schade aan gebouwen of goederen ontstaat'. In bijzondere gevallen kan het redden van dieren ook een dringende taak zijn.

De uitrukkende voertuigen hebben bij een prioriteit 1 toestemming om zich met optische- en akkoustische signalen als voorrangsvoertuig door het verkeer te begeven. De hoogste leidinggevende (op de autospuit is dat de bevelvoerder) kan altijd beslissen om niet met een prio 1 te rijden. Dit moet hij echter wel aangeven aan de regionale alarmcentrale (RAC).

Prioriteit 2

Een prioriteit 2 is een uitruk zonder dringende taak maar waarbij het wel noodzakelijk is dat de een hulpdienst ter plaatse komt. De hulpdienst rijdt dan niet met optische- en akkoustische signalen maar hebben van de minister wel een aantal vrijstellingen gekregen. De bevelvoerder kan indien nodig gebruik maken van deze vrijstellingen om de werkzaamheden uit te voeren (bijvoorbeeld het parkeren op een fietspad). De bevelvoerder is op basis van kennis, inzicht en bekendheid bevoegd om de prio 2 te veranderen naar een prio 1 (dan wordt het een dringende taak). Dit moet hij dan echter wel altijd melden bij de regionale alarmcentrale (RAC).

bron www.regio15.nl

Algemeen

Het opschalingsproces is in verschillende regio's uitgewerkt in Gecoordineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedures (GRIP) waarbij opschaling plaatsvindt langs 4 niveaus. Deze 4 GRIP niveaus hoeven niet altijd opvolgend te zijn. Aanbevolen wordt om meteen naar GRIP-3 op te schalen als de omvang van de ramp onzeker is. Indien dit achteraf niet noodzakelijk blijkt, kan snel afgeschaald worden naar GRIP-2 of GRIP-1. De beslissing tot afschalen wordt genomen door de burgemeester(s) of, bij bovenregionale incidenten, na overleg met de Commissaris van de Koningin.

Opschalen

Zodra zich een rampsituatie voordoet, gaan functionarissen en diensten werken binnen een vooraf vastgestelde en beoefende organisatiestructuur. Het proces waarmee wordt gekomen van het dagelijks routinematig functioneren van bestuur en parate en gemeentelijke diensten naar 1 regionale multidisciplinaire rampenbestrijdingsorganisatie, wordt opschalen genoemd.

GRIP-0 Dagelijkse Routine

Na melding van een incident rukken in eerste instantie de parate diensten uit. Op locatie van het incident vindt routinematig overleg plaats tussen de eerst gearriveerde functionarissen van diverse diensten, het zogeheten motorkapoverleg.

GRIP-1 Routinematige Coördinatie

Opschaling vindt plaats naar GRIP-1 indien:

  • Er bij een of meerdere disciplines behoefte is aan gestructureerde coördinatie (de complexiteit van het incident is hoger dan ingeschat).
  • Het incident bestuurlijke consequenties dreigt te krijgen.
  • Er behoefte is aan meer materieel

GRIP-1 routinematige coördinatie ter plaatse
Alleen op de plaats van het incident wordt een operationele staf ingericht: het CTPI (Coördinatie Team Plaats Incident). Op tactisch en strategisch niveau wordt geen staf ingericht. Afhankelijk van de lokale instructies wordt de burgemeester geïnformeerd.

GRIP-2 Bestuurlijke Cöordinatie op Gemeentelijk Niveau

Opschaling vindt plaats naar GRIP-2 indien:

  • Het effectgebied groter is dan het incidentgebied.
  • De organisatie van het regionale meetplan wordt opgestart.
  • Er behoefte is aan eenhoofdige leiding.

GRIP-2 bestuurlijke coördinatie op gemeentelijk niveau
Het CTPI wordt omgevormd tot het Commando Rampterrein (CORT) dat onder leiding komt te staan van 1 leidinggevende, de commandant rampterrein (standaard de brandweercommandant). Daarnaast komen op strategisch niveau de kernbezetting van het Gemeentelijk Beleidsteam (GBT) en op tactisch niveau het Regionaal Operationeel Team (ROT) bijeen. De bestuurlijke leiding ligt op lokaal niveau, de operationele leiding op regionaal niveau.

GRIP-3 Bestuurlijke Coördinatie op Regionaal Niveau

Opschaling vindt plaats naar GRIP-3 indien:

  • Het incident ernstig de openbare orde verstoort.
  • Ernstige bedreiging van vele personen, milieu en materiele belangen.
  • De bron of de effecten van de ramp zich in meerdere gemeenten voordoen.
  • Het incident vraagt om het instellen van het volledige RBT en ROT.
  • Het sirenenet geactiveerd is.

GRIP-3 bestuurlijke coördinatie op regionaal niveau
Wanneer de effecten van een ramp zich (mogelijk) uitstrekken over meer gemeenten, stemmen de burgemeesters hun beleid onderling af in het Overleg van Burgemeesters. Alle betrokken burgemeesters en andere relevante bestuurders, de Commissaris van de Koningin en de Minister van Binnenlandse Zaken worden geïnformeerd. Op strategisch niveau wordt een Regionaal Beleidsteam (RBT) ingericht onder voorzitterschap van een coördineerde bestuurder.

GRIP-4 Bestuurlijke Coördinatie op Provinciaal en/of Landelijk Niveau

Opschaling vindt plaats naar GRIP-4 indien:

  • Het incident regio- of provinciegrens overschrijdend is.

GRIP-4 bestuurlijke coordinatie op provinciaal en landelijk niveau
Indien een ramp de regio- of provinciegrens overschrijdt, vindt verdere opschaling plaats naar het provinciale en/of nationale niveau. In deze fase komt de coördinerende verantwoordelijke van de Commissaris van de Koningin nadrukkelijke in beeld. Wanneer een incident de grenzen van de provincie overschrijdt, zal de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties bestrijding van het incident in bestuurlijke zin ter hand nemen.

Brand Classificaties

De brandweer kent verschillende soorten meldingen. Afhankelijk van de meldingsclassificatie zal een incident starten met een bepaald potentieel aan eenheden. Indien nodig wordt er echt opgeschaald en komen er meerdere brandweereenheden ter plaatse. Globaal wordt er bij opschaling het volgende materieel ingezet.

Kleine BrandMiddel BrandGrote BrandZeer Grote Brand
Tankautospuitoooooooooo
Redvoertuig-oooo
Hulpverleningsvoertuig---o
Officier van Dienst-ooo
Commandant van Dienst--oo
Adviseur Gevaarlijke Stoffen--oo
Adembescherming-o (optioneel)oo
Verbindings- en Commandovoertuig--oo
Dompelpomphaakarmbak--oo
Commandohaakarmbak--oo
WB-o (optioneel)oo

Kleine Brand

Deze kwalificatie wordt gegeven door de bevelvoerder van de tankautospuit. Hiermee geeft hij een bericht aan de alarmcentrale dat hij de brand kan bedwingen met de aanwezige personeelsleden en de tankautospuit en hij dus geen versterking behoeft.

Middel Brand

Deze kwalificatie wordt gegeven door de bevelvoerder van de tankautospuit. Hiermee geeft hij aan in het bericht naar de alarmcentrale dat hij de brand niet kan bedwingen met de aanwezige personeelsleden en de tankautospuit. Hij verzoekt dan aan de alarmcentrale om een nieuwe tankautospuit met bemanning. Bij de melding middelbrand wordt ook nog een Officier van Dienst gewaarschuwd. Deze krijgt bij aankomst op het brandadres de leiding over de 2 aanwezige tankautospuiten.

Grote Brand

Deze kwalificatie wordt gegeven door de Officier van Dienst en of de eerst aankomende bevelvoerder van de tankautospuit. Hiermee geeft hij aan in het bericht naar de alarmcentrale dat hij de brand niet kan bedwingen met de aanwezige personeelsleden en de tankautospuit(en). Hij verzoekt de AC om nog een tankautospuit met bemanning. Bij de kwalificatie grote brand wordt ook een Hoofd Officier van Dienst gewaarschuwd. Door de AC wordt ook een verbindings- / comandovoertuig en de commando container gealarmeerd. Deze voertuigen nemen het berichten verkeer tussen de AC en de voertuigen ter plaatse over, dit om de AC te ontlasten.

Zeer Grote Brand

Deze kwalificatie wordt gegeven door de Officier van Dienst en of de Hoofd Officier van Dienst. Hiermee geeft hij aan in het bericht naar de alarmcentrale dat hij de brand niet kan bedwingen met de personeelsleden en het aanwezige materieel. Hij verzoekt de AC om aanvullend materieel. Dit betekent in de praktijk dat nu het eerste peloton gevormd wordt. De eerste vier aankomende tankautospuiten worden peloton 100 genaamd. Mochten er daarna nog meer voertuigen nodig zijn dan word een tweede peloton opgeroepen en die krijgen dan de code peloton 200. Er is ook nog een derde peloton en dat is het ondersteuningspeloton dat code 300 krijgt. Dit alles tezamen vormt dan een compagnie.

Hulpverlening Classificaties

De brandweer kent verschillende soorten meldingen. Afhankelijk van de meldingsclassificatie zal een incident starten met een bepaald potentieel aan eenheden. Indien nodig wordt er echt opgeschaald en komen er meerdere brandweereenheden ter plaatse. Globaal wordt er bij opschaling het volgende materieel ingezet.

Kleine HVMiddel HVGrote HVZeer Grote HV
Tankautospuitoooooooooo
Redvoertuig---o
Hulpverleningsvoertuigooo*oo*oo
Officier van Dienst-ooo
Commandant van Dienst--oo
Adviseur Gevaarlijke Stoffen--oo
Adembescherming--oo
Verbindings- en Commandovoertuig--oo
Dompelpomphaakarmbak--oo
Commandohaakarmbak--oo
WB-o (optioneel)oo

*Om de tweede Hulpverleningsvoertuig moet specifiek gevraagd worden.

Kleine Hulpverlening

Hiervoor heeft de brandweer een speciaal voertuig voor ingericht. Deze rukt o.a. uit bij ongevallen met beknelling, waterongevallen, reinigen wegdek, liftopsluitingen, wateroverlast, gaslekkage, stormschade, kortsluiting en dieren in nood. Voor elke uitruk is er wel iets van speciaal gereedschap in het voertuig aanwezig. Daarnaast beschikt de brandweer over diverse trolley's waar voor diverse inzetten verschillend materiaal kan worden nagebracht met een materiaalbus.

Middel Hulpverlening

Deze kwalificatie wordt gegeven door de bevelvoerder van de tankautospuit. Hiermee geeft hij aan in het bericht naar de alarmcentrale dat hij de hulpverlening niet aankan met de aanwezige personeelsleden en de tankautospuit. Hij verzoekt dan aan de AC om een extra tankautospuit met bemanning. Ook kan hij daarbij verzoeken om het hulpverleningsvoertuig van de regio. Deze heeft meer specialistisch materiaal aan boord dan er op een tankautospuit zit. Bij de melding middel hulpverlening wordt ook nog een Officier van Dienst gewaarschuwd.

Waterongeval Classificaties

De brandweer kent verschillende soorten meldingen. Afhankelijk van de meldingsclassificatie zal een incident starten met een bepaald potentieel aan eenheden. Indien nodig wordt er echt opgeschaald en komen er meerdere brandweereenheden ter plaatse. Globaal wordt er bij opschaling het volgende materieel ingezet.

Klein WOMiddel WOGroot WOZeer Groot WO
Tankautospuitooooo
Waterongevallenvoertuigoooooooooo
Hulpverleningsvoertuigooo*oo*oo
Officier van Dienstoooo
Commandant van Dienst--oo
Verbindings- en Commandovoertuig--oo
Commandohaakarmbak--oo
WB-o (optioneel)oo

Ongeval Gevaarlijke Stoffen Classificaties

De brandweer kent verschillende soorten meldingen. Afhankelijk van de meldingsclassificatie zal een incident starten met een bepaald potentieel aan eenheden. Indien nodig wordt er echt opgeschaald en komen er meerdere brandweereenheden ter plaatse. Globaal wordt er bij opschaling het volgende materieel ingezet.

Klein OGSMiddel OGSGroot OGSZeer Groot OGS
Tankautospuitoooo
Redvoertuig----
Hulpverleningsvoertuig----
Officier van Dienstoooo
Commandant van Dienst--oo
Adviseur Gevaarlijke Stoffenoooo
Adembescherming-ooo
Verbindings- en Commandovoertuig--oo
Dompelpomphaakarmbak--oo
Commandohaakarmbak--oo
WB-ooo
GSEooooooooo
PC OGS-o (optioneel)oo
GSH KLE--oo
GSH ONT--o (optioneel)o
bron www.regio15.nl

Weeralarmen

Voorwaarschuwing
Waarschuwing van het KNMI die mogelijk vooraf kan gaan aan een Weeralarm, een ernstige waarschuwing voor extreem weer. Een voorwaarschuwing in de periode van 12 tot 24 uur voorafgaand aan een eventueel Weeralarm uitgeven. De kans dat het tot een Weearalarm komt is dan al minstens 50%.

Waarschuwingen
Het geven van waarschuwingen voor weersomstandigheden, zoals gladheid, mist of storm die gevaar opleveren voor de samenleving is één van de kerntaken van het KNMI. Dreigt het extreem te worden dan geeft het KNMI een Weeralarm uit, een ernstige waarschuwing voor extreme weersomstandigheden waarbij nadrukkelijk wordt gewezen op de mogelijke gevolgen en risico's van het verwachte weer. Een Weeralarm wordt op zijn vroegst 12 uur tevoren uitgegeven maar zo mogelijk voorafgegaan door een voorwaarschuwing die op zijn vroegst 24 uur tevoren wordt uitgegeven. Bij een voorwaarschuwing is de kans dat het tot een Weeralarm komt al minstens 50%. Zodra het Weeralarm van kracht wordt is de kans op extreem weer opgelopen tot minstens 90%. De taak om namens de overheid waarschuwingen uit te geven en speciale berichten te verzorgen bij calamiteiten waarin het weer een belangrijke rol speelt, is vastgelegd in de "Wet op het KNMI".

Weeralarm
Het Weeralarm is een speciale en ernstige waarschuwing van het KNMI bij extreme weersomstandigheden die gevaar of overlast opleveren voor de hele samenleving. Een Weeralarm wordt uitsluitend gegeven bij specifieke weersomstandigheden: een zware storm, zeer zware storm of orkaan, zeer zware windstoten, gladheid door sneeuw of ijzel of een sneeuwstorm en zwaar onweer. De verschijnselen moeten zich op grote schaal voordoen, dat wil zeggen in een gebied ter grootte van minstens 50 bij 50 kilometer (of over een lengte van minstens 50 kilometer). Het KNMI-Weeralarm is in het jaar 2000 ingevoerd na een proefperiode van twee jaar. De criteria voor het Weeralarm zijn vastgesteld in nauw overleg met de private sector: Meteo Consult, Weathernews en particuliere weervoorlichters. De opzet is tot stand gekomen in samenwerking met het Crisis Onderzoek Team (COT), KLPD, TIC, ANWB en de omroepen.

TermCriteriaVerwachtingGevolg
Storm (mei t/m sept)Windkracht 9 (Gemiddeld over 10 minuten 76-87 km/uur op minstens 2 kuststations of landinwaarts in gebied minstens ter grootte van in een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteStorm met name langs de kust, in het binnenland kans op zeer zware windstoten: schade mogelijkVerkeer ondervindt hinder. Extra risico voor (brom)fietsers, motorrijders, vrachtauto's, auto's met aanhanger en caravans. Schade mogelijk aan gebouwen; takken worden afgerukt en bomen ontworteld.
Zware stormWindkracht 10 (Gemiddeld over 10 minuten 88-102 km/uur op minstens 2 kuststations of landinwaarts over een gebied minstens ter grootte van 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteZware storm met name langs de kust, in het binnenland kans op zeer zware windstoten: schade mogelijkVerkeer ondervindt hinder. Extra risico voor (brom)fietsers, motorrijders, vrachtauto's, auto's met aanhanger en caravans. Schade mogelijk aan gebouwen; takken worden afgerukt en bomen ontworteld.
Zeer zware stormWindkracht 11 (gemiddelde over 10 minuten 103-116 km/uur op minstens 2 kuststations of landinwaarts over gebied minstens ter grootte van 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteZeer zware storm met name aan de kust, in het binnenland kans op zeer zware windstoten: grote schade mogelijkVeel hinder voor het verkeer. Levensgevaarlijk door rondvliegende objecten en takken. Grote schade mogelijk aan gebouwen en bossen.
OrkaanWindkracht 12 (gemiddeld over 10 minuten meer dan 116 km/uur op minstens 2 kuststations of landinwaarts over gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteOrkaan aan de kust, in het binnenland kans op zeer zware storm en zeer zware windstoten: levensgevaarlijk en verwoestendVerwoestingen mogelijk en levensgevaarlijk op straat; auto's worden van de weg geblazen en (brom)fietsers omver gedrukt. Wegen en spoorlijnen versperd.
Zeer zware windstotenVlagerige wind met uitschieters van meer dan 100 kilometer per uur op minstens twee kuststations of landinwaarts in een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteZeer zware windstoten: grote schade mogelijkGrote schade op uitgebreide schaal mogelijk; gevaar voor rondvliegende objecten; zeer gevaarlijk voor het verkeer met mane voor fietsers, bromfietsers, vrachtauto's, auto's met aanhanger en caravans; levensgevaarlijk voor watersporters (alleen mei-september).
IJzel of ijsregenGlad op grote schaal door ijzel of ijsregen over een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteIJzel: glad op grote schaalLeidt tot levensgevaarlijke situaties op de weg. Juist nu geldt: een ongeluk zit in een klein hoekje.
Zware sneeuwvalSneeuwval met een hoeveelheid van minstens 3 cm in 1 uur of minstens 10 cm in 6 uur over een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteZware sneeuwval: grote overlastGrote overlast en gevaar voor het verkeer.
SneeuwjachtSneeuwval of driftsneeuw bij windkracht 6 of 7 en gedurende minstens een uur minder dan 200 meter zicht in een gebied minstens ter grootte van 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van tenminste 50 kilometer lengteSneeuwjacht: grote overlastOntwrichtend voor verkeer en openbaar vervoer. Wegen versperd door sneeuwophopingen en sneeuwduinen. Zicht vermindert.
SneeuwstormSneeuwval of driftsneeuw bij windkracht 8 of meer in een gebied minstens ter grootte van 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van tenminste 50 kilometer lengteSneeuwstorm: ontwrichtendVerkeer en openbaar vervoer raken volledig ontwricht. Wegen onbegaanbaar door hoge sneeuwduinen. Zicht wordt sterk belemmerd.
Zwaar onweer500 ontladingen per 5 minuten in een gebied minstens ter grootte van 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van tenminste 50 kilometer lengteZwaar onweer: gevaarlijk en grote overlastLeidt tot gevaarlijke situaties, grote overlast en schade door verraderlijke windstoten, hagel, verblindende bliksems en inslagen.
Overvloedige regenMinstens 75 mm in 24 uur of een totale hoeveelheid van minstens 100 mm in drie dagen (72 uur) in een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengteOvervloedige regen: wateroverlast

Schaal van Beaufort

De schaal van Beaufort wordt gebruikt om de snelheid van de wind aan te duiden. De tabel werd in 1805 opgesteld door de Ier Sir Francis Beaufort, marinecommandant van het fregat Woolwich van de Royal Navy. Hij maakte een indeling in 13 windsterkten, aan de hand van de zeilvoering van een fregatschip. Zijn schaal was gebaseerd op windkracht, niet op windsnelheid: hij keek naar het gedrag van zijn schip, niet naar de wind zelf. In 1838 stelde de Royal Navy de schaal van Beaufort verplicht voor de windkrachtaanduiding in het scheepsjournaal. De schaal van Beaufort wordt niet gebruikt voor de snelheid van rukwinden op zich. Heel vaak worden die twee met elkaar verward. Als de wind bijvoorbeeld gedurende 10 minuten waait met een gemiddelde snelheid van 70 km/u met pieken tot meer dan 117 km/u, is er dus geen sprake van windkracht 12 (orkaan), maar van windkracht 8 (stormachtige wind).

KrachtNaamkm/um/sUitwerking
0Stil0-10,0-0,2Rook stijgt recht of bijna recht omhoog
1Zwak1-50,3-1,5Windrichting goed af te leiden uit rookpluimen
2Zwak6-111,6-3,3Wind merkbaar in gezicht
3Matig12-193,4-5,4Stof waait op
4Matig20-285,5-7,9Haar in de war; kleding flappert
5Vrij Krachtig29-388,0-10,7Opwaaiend stof hinderlijk voor de ogen; gekuifde golven op meren en kanalen
6Krachtig39-4910,8-13,8Paraplu's met moeite vast te houden
7Hard50-6113,9-17,1Het is lastig tegen de wind in te lopen of te fietsen
8Stormachtig62-7417,2-20,7Voortbewegen zeer moeilijk
9Storm75-8820,8-24,4Schoorsteenkappen en dakpannen waaien weg; kinderen waaien om
10Zware Storm89-10224,5-28,4Grote schade aan gebouwen; volwassenen waaien om
11Zeer Zware Storm103-11728,5-32,6Enorme schade aan bossen
12Orkaan>117>32,6Verwoestingen

Schaal van Fujita

De kracht van tornado's wordt geclassificeerd met de zogenoemde Fujita schaal, een schaal die loopt van F0 tot F5. Deze schaal werd door de Japanse meteoroloog en natuurkundige Fujita opgesteld. Hij baseerde de schaal op de optredende schade in de kern van de tornado gekoppeld aan de maximaal optredende en mogelijke windsnelheden.

Krachtkm/uomschrijving
F064-117Lichte schade
F1118-180Matige schade
F2181-251Aanzienlijke schade
F3252-330Ernstige schade
F4331-417Zeer zware schade
F5>417Catastrofaal

Schaal van Saffir-Simpson

Orkanen worden ingedeeld in vijf klassen volgens de schaal van Saffir/Simpson. Klasse 1 zijn orkanen met een wind van gemiddeld minstens 117 km/u en hoogstens 152 km/u. Een orkaan met een gemiddelde wind van meer dan 248 km/u zit in klasse 5 en wordt extreem gevaarlijk genoemd.

Klasseomschrijvingkm/uStormvloedSchade
1Zwak118-1521,2-1,6Meest lichte schade
2Matig153-1761,7-2,5Dak- en vensterschade en belangrijke schade aan bomen en gewassen
3Krachtig177-2082,6-3,7Grote schade met uitgebreide vernielingen aan gebouwen
4Zeer Krachtig209-2483,8-5,4Zeer groot: daken weggeblazen, veel waterschade op de begane grond van gebouwen aan de kust
5verwoestend>248>5,4Catastrofaal: vrijwel alle daken weggeblazen, evenals kleine lichtere bouwsels en grote schade aan gebouwen

Schaal van Richter

De schaal van Richter is een manier waarmee de kracht van een aardbeving wordt waargenomen. De schaal is opgesteld door de Amerikaanse seismoloog Charles Francis Richter in 1935. Het is een logaritmische schaal van de sterkte van de trillingen, zoals die gemeten worden op het seismogram.

SterkteomschrijvingUitwerking
0,0 - 1,9MinuscuulWaargenomen door instrumenten maar zal nooit worden gevoeld of zelfs schade veroorzaken.
2,0 - 2,9Extreem lichtMeetbaar, maar wordt slechts door enkele mensen waargenomen, hoogstens enkele (zeer) lichte objecten kunnen mogelijk bewegen.
3,0 - 3,9Zeer lichtSlechts weinig mensen nemen trillingen waar; vergelijkbaar met een voorbijrijdende vrachtwagen; tegen elkaar staande glazen rinkelen licht; vrijwel nooit schade
4,0 - 4,9LichtDoor iedereen gevoeld; vrije slinger beweegt duidelijk; glazen en borden rammelen, raamluiken klapperen; geparkeerde auto's schommelen licht; grote schade onwaarschijnlijk
5,0 - 5,9GemiddeldDoor alle mensen met schrik waargenomen; veel mensen verlaten hun huizen; schoorstenen kunnen instorten; meubels bewegen; enkele scheuren in stucwerk; zware schade of instorting aan slecht gebouwde huizen; er is gevaar voor verwondingen.
6,0 - 6,9KrachtigWordt door alle betrokken mensen met grote schrik ervaren; ook in een rijdende auto voelbaar; paniek mogelijk; afzonderlijke schokken treden op; mensen verlaten snel hun huizen; gebouwen kunnen aanzienlijke schade oplopen en zelfs instorten; bomen zwaaien heen en weer als bij sterke wind; vaak zijn er gewonden; er is levensgevaar; aan kusten kunnen vloedgolven optreden. Grote schade is mogelijk over een afstand van meer dan 150 kilometer.
7,0 - 7,9SterkGrootschalige paniek; mensen trachten in paniek naar buiten te komen; acuut levensgevaar in gebouwen; slechts weinig gebouwen blijven staan; er ontstaan scheuren in de grond; er zijn doden en gewonden; gas-en waterleidingen breken; gedeeltelijk catastrofale gevolgen; aan kusten vernietigende vloedgolven mogelijk.
8,0 - 8,9ZwaarGrote verwoesting; gebouwen worden onbewoonbaar of storten in; acuut levensgevaar binnen en buiten gebouwen; aan kusten catastrofale, tot 40 meter hoge vloedgolven mogelijk.
9,0 - 9,9Extreem zwaarGrote ramp met totale verwoesting over duizenden kilometers; lokale aardschollen verschuiven; plaatselijk volledige vernietiging van alle leven; enorme vloedgolven die mogelijk meerdere continenten zullen aantasten. Verder mogelijk: grote verschuivingen van de tektonische platen, verschijnen, verschuiven of verdwijnen van delen van landen en eilanden, vorming van nieuwe subductiezones, verandering van de nutatie of de omwentelingssnelheid van de aarde
>10,0Totale verwoestingNiets blijft overeind over mogelijk duizenden kilometers; alle gebouwen storten in; grote verschuivingen van de tektonische platen; landen of eilanden verschuiven; verandering van de nutatie of de omwentelingssnelheid van de aarde; enorm aantal doden en gewonden.

bron wikipedia.nl & bron www.knmi.nl
ScenarioOmschrijving
1A / 1BEen luchtvaartincident waarbij een klein toestel met 6 of minder inzittenden betrokken is binnen het luchthavenverzorgingsgebied. (A = vooralarm / B = crash).
2A / 2BEen luchtvaartincident waarbij een middelgroot toestel met meer dan 6 maar maximaal 50 inzittenden betrokken is binnen het luchthavenverzorgingsgebied. (A = vooralarm / B = crash).
3A / 3BEen luchtvaartincident waarbij een toestel met meer dan 50 inzittenden (in de regel 150 tot 200), betrokken is binnen het luchthavenverzorgingsgebied. (A = vooralarm / B = crash).
4Een toestel crasht buiten het luchthavenverzorgingsgebied. Dit scenario is een uitwerking van het ramptype 'ramp op afstand'.
5Branden en ongevallen op het luchthavenverzorgingsgebied, die een dermate grote omvang of invloed op het luchthavenproces hebben, en waarbij gecoördineerde inzet van de hulpverleningsdiensten noodzakelijk is.
6Een ernstige verstoring van de openbare orde (bezetting, demonstratie e.d.) binnen het luchthavenverzorgingsgebied.
7Een kaping (gijzeling) van een luchtvaartuig op (of op weg naar) de luchthaven.
8Een bommelding betreffende gebouwen, opstallen of luchtvaartuigen binnen het luchthavenverzorgingsgebied of andere vormen van rechtsorde verstoring.

VOS en VOR

VOS = Vliegtuig Ongeval Schiphol
VOR = Vliegtuig Ongeval Rotterdam

Gevolgd door een nummer:

NummerOmschrijving
1Pan Pan Call: een waarschuwing van de piloot dat er iets niet in orde is, kan van alles zijn.
2May Day Call: een waarschuwing dat er een serieus probleem is, minder dan 50 passagiers.
3May Day Call: een waarschuwing dat er een serieus probleem is, tussen 50 - 250 passagiers.
4May Day Call: een waarschuwing dat er een serieus probleem is, meer dan 250 passagiers.
5Crash: minder dan 50 passagiers.
6Crash: tussen 50 - 250 passagiers.
7Crash: meer dan 250 passagiers.

Zeer beperkt (klein)Beperkt (middel)Ernstig (groot)Zeer ernstig (zeer groot)
TIS 1

Verstoring treindienst

TIS 1.1
Vertraging van meer dan 5 minuten.
TIS 1.2
Langer dan 30 minuten treinuitval en vertraging.
TIS 1.3
Totale versperring. Treindienst niet meer uitvoerbaar.
TIS 1.4
Totale versperring. Treindienst niet meer mogelijk in minimaal een post of druk knooppunt.
TIS 2

Brand

TIS 2.1
Brand op het spoor.
TIS 2.2
Kleine brand in trein of op station.
TIS 2.3
Grote brand trein.
TIS 2.4
Grote brand station of tunnel.
TIS 3

Aanrijding & Botsing
Ontsporing met slachtoffers

TIS 3.1
Aanrijding trein met persoon, vee, (brom-)fietser, infra-element.
TIS 3.2
Aanrijding trein met rangeerdeel, klein wegvoertuig.
TIS 3.3
Ontsporing met slachtoffers of aanrijding met trein, groot wegvoertuig. Waardoor wagenstellen niet vervormd, gekanteld of gestapeld zijn.
TIS 3.4
Ontsporing met slachtoffers of aanrijding met trein, groot wegvoertuig. Waardoor wagenstellen vervormd, gekanteld of gestapeld zijn.
TIS 4

Gevaarlijke stoffen

TIS 4.1
Incident met gevaarlijke stoffen waarbij het gevaar zich beperkt tot het brongebied.
TIS 4.2
Brand waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn.
TIS 4.3
Gas ontsnapping met gevaar voor de gezondheid buiten het brongebied.
TIS 4.4
Morsing of lekkage van gevaarlijke vloeistoffen met gevaar voor gezondheid buiten het brongebied.
TIS 5

Verdacht gedrag, bommelding, bomvinding, bomexplosie

TIS 5.1
Anonieme bommelding, verdacht gedrag of voorwerp.
TIS 5.2
Verdacht voorwerp, bomvinding in trein.
TIS 5.3
Verdacht voorwerp, bomvinding in trein op station of tunnel.
TIS 5.4
Bomexplosie in trein, station of tunnel.
112MELDINGEN.NL | AFKORTINGEN & TERMEN (2024)

References

Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Fredrick Kertzmann

Last Updated:

Views: 5913

Rating: 4.6 / 5 (46 voted)

Reviews: 85% of readers found this page helpful

Author information

Name: Fredrick Kertzmann

Birthday: 2000-04-29

Address: Apt. 203 613 Huels Gateway, Ralphtown, LA 40204

Phone: +2135150832870

Job: Regional Design Producer

Hobby: Nordic skating, Lacemaking, Mountain biking, Rowing, Gardening, Water sports, role-playing games

Introduction: My name is Fredrick Kertzmann, I am a gleaming, encouraging, inexpensive, thankful, tender, quaint, precious person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.